“Ik ben een dochter van de eerste generatie Indische mensen in Tegelen. Op de basisschool was ik het enige ‘bruine’ meisje in de klas. In de eerste jaren op de basisschool werd ik daarom regelmatig buitengesloten.
Thuis leefde ik in een Indische wereld en buitenshuis in de ‘Hollandse’ wereld. Ik moest altijd nét een beetje extra geven om te laten zien dat ik net zo was als alle andere kinderen. Zo is mijn vechtersmentaliteit al op jonge leeftijd ontstaan. Ik was goed in sport en dat talent gebruikte ik om te laten zien dat ik sterk was. Ik speelde fanatiek badminton en mijn zus en ik stonden bijna altijd bovenaan in de competitie. Later kwam ik in contact met andere Indische meisjes. Veel van hen deden aan Indonesisch dansen. Toen ik een jaar of elf was ben ik dat ook gaan doen. Een paar jaar later kwam ik voor het eerst in aanraking met dansvormen buiten het Indonesische dansen. Op mijn zestiende ging ik danslessen volgen bij Sparta Venlo en vanaf dat moment wist ik dat beweging mijn passie was. Beweging betekent voor mij beleven, inleven en uitleven.
Na de middelbare school ging ik naar het CIOS en ik studeerde af als badminton- en squashinstructeur. Na een jaartje werken in een sportschool voelde ik dat ik mijn hart moest volgen en koos ik alsnog voor de danswereld. Ik ging naar de dansacademie in Rotterdam en studeerde daar af als docent Improvisatie, Compositie en Moderne dans. Tijdens de opleiding werd ik gevraagd een danseres te vervangen in het dansgezelschap van Hans Tuerlings in Amsterdam. Hij zocht iemand die een overslag kon maken en ik was een van de weinige dansers die dat kon. Vanuit mijn plek bij Hans Tuerlings kreeg ik de kans om te dansen bij verschillende grote gezelschappen in onder meer Rotterdam, Amsterdam en Brussel. Bij dansgezelschap Ultima Vez van Wim Vandekeybus, danste ik honderd voorstellingen per jaar, waarvan een groot deel internationaal.
In die tijd ontmoette ik mijn man Rob Frey, rockcomponist en bassist van GORE. Hij was in die tijd ook veel op reis met zijn band. Het klikte tussen ons omdat we allebei goed begrepen hoe het voelt om veel onderweg te zijn en je passie achterna te reizen. In 1993 begonnen Rob en ik met C.E.T. (Central European Time), ons eigen gezelschap waarin we dans en livemuziek met elkaar combineerden. Via audities trokken we professionele dansers en muzikanten naar Venlo. We kregen kinderen en van uitvoerend danseres werd ik steeds meer docerend danseres. Ik ging lesgeven bij Kunstencentrum Venlo en op de Vooropleiding Dans van ArtEZ Hogeschool voor de Kunsten op het Valuascollege. Daarna werkte ik achtereenvolgens als afdelingshoofd Dans bij verschillende kunstencentra in Maastricht, Roermond en Weert. We verbouwden de schuur in onze achtertuin tot dans- en muziekstudio. Sinds 2000 gebruiken we die ruimte voor lessen en repetities voor onze eigen gezelschappen, zoals PIUM & The Men From U.N.C.L.E., Theatergroep PiT en GORE.
Op dit moment werk ik als adviseur Dans voor het Huis voor de Kunsten Limburg en ben ik lokale producer voor het Jeugdfonds Sport & Cultuur Venlo. Hoewel ik zelf niet meer vaak op de dansvloer sta als uitvoerend danseres, draait mijn leven nog altijd om dans. Ik ben trots op wat ik heb bereikt en ben blij dat ik altijd naar mijn gevoel heb geluisterd en mijn passie voor dans heb gevolgd. Goed zorgen voor jezelf en vertrouwen op je gevoel kunnen je in het leven heel ver brengen. Die wijsheid heb ik doorgegeven aan mijn leerlingen, die inmiddels zelf dansdocent zijn en mijn lessen weer doorgeven aan hun eigen leerlingen.”