“Ik begon met dansen toen ik zeven jaar oud was. Ik volgde lessen bij juf Will Titulaer op de Vrije Academie in Tegelen, de voorloper van het Kunstencentrum. Juf Will vertelde mijn moeder dat ik talent had en vroeg of ik vaker dan één keer per week wilde komen dansen. Dat deed ik en na een tijdje stuurde juf Will me naar de vooropleiding van Liesbeth Wiertz.
Liesbeth nam haar dansgroepen mee door heel Nederland om auditie te doen bij allerlei vooropleidingen. In die tijd besloot ik dat ik bij het Nederlands Dans Theater in Den Haag wilde dansen. Op mijn twaalfde werd ik toegelaten tot het Koninklijk Conservatorium in Den Haag en verhuisde ik van Venlo naar de grote stad. Elke maandag ging ik met de trein naar Den Haag en doordeweeks woonde ik bij een gastgezin. Vrijdag ging ik weer terug naar Venlo. Ik was nog heel jong maar werkte keihard om ooit bij het Nederlands Dans Theater te mogen dansen.
Na twee jaar vooropleiding werd ik afgewezen voor het derde jaar en viel mijn Haagse droom in duigen. Ik had geen zin meer om te dansen en wilde zelfs helemaal stoppen. Mijn ouders schrokken daar heel erg van. Ze hebben me nooit gepusht om door te gaan maar hebben me wel altijd aangemoedigd om te doen wat ik leuk vond. Ze zagen dat dansen voor mij de perfecte uitlaatklep was. Ik besloot toch weer te gaan dansen en ging terug naar juf Will in Tegelen. Zij stuurde me weer door naar Liesbeth Wiertz, die op dat moment begon met het opzetten van de vooropleiding dans op het Valuascollege. Toen ik dat hoorde ben ik van College Den Hulster naar het Valuascollege gegaan en kwam ik terecht in de allereerste lichting met dansers die de vooropleiding afrondde. Na de middelbare school koos ik er heel bewust voor om dansdocent te worden in plaats van uitvoerend danser, en ben naar CODARTS in Rotterdam gegaan. Toen juf Will stopte met lesgeven heb ik haar opgevolgd als dansdocent in Tegelen. De Vrije Academie werd Kunstencentrum Venlo en sindsdien werk ik in Venlo.
Ik werk nu al eenentwintig jaar al dansdocent en inmiddels ben ik ook coördinator van de dansafdeling van Kunstencentrum Venlo. In het begin gaf ik alle lessen, van klassiek ballet tot streetdance en van jazzdance tot moderne dans. Mijn hart ligt bij klassiek dus gaandeweg heb ik steeds meer andere dansvormen losgelaten en geef ik alleen nog de lessen die ik zelf echt leuk vind. Inmiddels heb ik ook drie collega’s om me heen die me helpen.
Ik werk veel met kinderen en jongvolwassenen en vind het na al die jaren nog altijd heerlijk om les te geven. Het verschil in niveau is enorm. Sommige leerlingen zijn heel fanatiek en anderen komen echt alleen voor hun plezier. Die variatie maakt mijn werk interessant en uitdagend. Ik vind het heel belangrijk dat mijn leerlingen plezier hebben in de lessen die ik verzorg. Natuurlijk moeten ze ook iets leren maar het is nét zo belangrijk dat ze zich lekker kunnen uiten in hun bewegingen. Ik probeer kinderen altijd mee te geven dat een kunstvorm als dans niet moeilijk of ingewikkeld hoeft te zijn. Kunst en cultuur worden door volwassenen vaak heel moeilijk gemaakt maar het kan ook gewoon laagdrempelig en leuk zijn. Vooral voor kinderen is laagdrempeligheid een belangrijke voorwaarde om te kunnen ontdekken waar hun talenten liggen.”
Lees ook de verhalen van andere Venlose cultuurmakers: